CIM Audio Time 2025: zo luistert de Belg naar audio

De CIM Audio Time-studie is inmiddels toe aan zijn vierde editie. Voor deze editie werden van oktober tot december 2024 een totaal van 4.009 Belgen tussen 12 en 74 jaar bevraagd. De resultaten tonen aan welke types audio het populairst zijn, hoe streamingdiensten, podcasting en DAB evolueerden, maar ook welke toestellen mensen gebruiken om audio te luisteren.

Belg luistert elke dag 4,5 uur radio

Vergeleken met de vorige CIM Audio Time studie daalde de totale audioconsumptie in België licht met 2%, tot 270 minuten per dag. Zoals verwacht neemt live radio de meeste luistertijd voor zijn rekening (63%). Streamingdiensten groeien door van 17% naar 20%, terwijl muziek via videoplatformen zoals YouTube stabiel blijft op 10%. Persoonlijke muziek, gekocht of gedownload bijvoorbeeld, blijft verder afnemen en is nog goed voor 3% van de audioconsumptie.

Sterke groei voor digitaal luisteren

Als we specifiek het live luisteren onder de loep nemen, dan valt op dat het aandeel van FM-radio voor het eerst minder dan de helft van de live consumptie vertegenwoordigt (49%). DAB toont een duidelijke stijging tot 26% (vorig jaar 23% en twee jaar geleden 21%). Ook digitaal radio luisteren via apps, websites of radioplatformen wint aan belang en is nu goed voor bijna 15% van de live luistertijd.

Spotify vs. klassieke radiomerken

Tussen de klassieke radiomerken haalt ook de gratis versie van Spotify een plaats in de Top 10. Het staat bij 18 tot 54-jarige luisteraars op nummer 7 in Vlaanderen en op nummer 10 in Franstalig België.

Audio luisteren op televisie groeit

Het luisteren naar audio op een klassiek radiotoestel of een autoradio verliest verder aan belang en neemt nog 43% van de luistertijd in (vorig jaar 45%). Het aandeel van smartphones, computers en smart speakers blijft enigszins verrassend stabiel op 35%. Het valt op dat vooral het luisteren naar audio via het televisietoestel in de lift zit, met een stijging van het aandeel van 9% naar 12%. De meeste audioconsumptie vindt overigens thuis plaats (58%), gevolgd door luisteren op het werk of op school (20%) en onderweg (15%).